Focus Leonardo da Vinci

Zelfportret, ca. 1512-1515

Op 2 mei 2019 is het precies vijfhonderd jaar geleden dat Leonardo da Vinci overleed. Hoewel hij vooral bekend staat als kunstschilder en uitvinder, heeft hij zich ook met muzikale zaken ingelaten. Menig instrument werd door zijn ideeën verbeterd, hij ontwierp de viola organista en hij schijnt zelfs gecomponeerd te hebben. Een blik op de muzikale kant van de man achter de Mona Lisa.

‘Muziek is de zuster van de schilderkunst. Harmonie ontstaat door geproportioneerde stemmen die op hetzelfde moment klinken en die gedwongen worden op verschillende tijdstippen tot leven te komen en weg te sterven. De tijd is als het ware de omtrek van de stemmen die de harmonie vormen, op dezelfde manier als de lijnen de omtrek van ledematen vormen waaruit de menselijke schoonheid voortkomt.’

Het is een van de weinige keren dat Leonardo da Vinci zich uitspreekt over muziek. Toch was hij, zoals in alles, ook buitengewoon geïnteresseerd in muziek en muziekinstrumenten. Het schijnt dat hij zelf een goed zanger was en viola da braccio en de lier bespeelde. Maar zijn grootste aandacht ging uit naar het bedenken van nieuwe instrumenten en het verbeteren van bestaande. Zo bedacht hij een systeem om het vel van een trommel met één hand te verstemmen, verbeterde hij het mechanisme van toetsinstrumenten en paste hij de mechanieken van de draailier aan. Daaruit vloeide weer het ontwerp voort voor zijn viola organista, een geheel nieuw, door Da Vinci ontwikkeld muziekinstrument. Toch leverde het hem geen vaste plek in de muziekgeschiedenis op. Dat heeft alles met zijn historie en karakter te maken.

Alleskunner

Leonardo da Vinci was een schoolvoorbeeld van de Italiaanse Uomo Universalis, een alleskunner die uitblonk op vele fronten. De kunstschilder, beeldhouwer, uitvinder, filosoof, schrijver, ingenieur, scheikundige, astronoom, musicus en volgens velen zelfs ook componist liet zijn belangrijkste en beroemdste sporen na in Italië. Maar de laatste drie jaar van zijn leven bracht hij door in een kasteel aan de Loire, in de Franse stad Amboise. Hier schilderde hij de Mona Lisa en ligt hij ook begraven.
Da Vinci werd geboren in het Toscaanse gehucht Anchiano, vlak bij Vinci, als bastaardzoon van de notaris Piero da Vinci. Hij groeide er deels op bij zijn moeder, het boerenmeisje Catharina en vond zijn weg als gezel van beeldhouwer en kunstschilder Andrea del Verrocchio. Al snel blonk hij uit in voor die tijd extreem realistische weergaven van het menselijk lichaam. Leonardo werkte achtereenvolgens als schilder voor de Hertog van Milaan, als militair, architect en ingenieur voor Cesare Borgia – een telg uit het puissant rijke adellijke geslacht in Florence – en als onafhankelijk schilder in Rome.

Duizenden ideeën

Hoewel Da Vinci het meest beroemd is geworden door de Mona Lisa, het portret dat in het Parijse Louvre hangt, en het Laatste Avondmaal, het fresco in het Milanese klooster Santa Maria delle Grazie, was hij vooral een ideeënman, een uitvinder. Militaire strategie, waterhuishouding, prototypes van helikopters en vliegtuigen, landbouwwerktuigen en zelfs een onderzeeboot, voor elk probleem en elke wens had Da Vinci wel een oplossing. Ondertussen beschreef en tekende hij pijnlijk nauwkeurig de menselijke anatomie en liet hij zich ook in met astrologie en astronomie. Zo beweerde hij al een eeuw voor de bevindingen van Galilei Galilei ergens voorzichtig dat de zon stil stond.
Dat hij tijdens zijn leven niets publiceerde en dat zijn vaak revolutionaire werk na zijn dood geen navolging vond, had vooral te maken met het feit dat het zijn doel was om uiteindelijk een grootse allesomvattende encyclopedie te publiceren. Zoals vele andere ideeën en projecten werd deze nooit gerealiseerd en raakten Da Vinci’s zorgvuldig in spiegelschrift vastgelegde gedachten, tekeningen en uitvindingen verspreid over de wereld. Een bekende bron is de Codex Leicester. Deze bestaat uit achttien vellen met gedachten over astronomie en religie. Bill Gates kocht deze schat in 1994 voor ruim 30 miljoen dollar en leende hem uit aan het Fogg Museum van de Harvard University. Daarnaast zijn er nog zo’n zevenduizend vellen met aantekeningen van Da Vinci bekend die zich vooral in Windsor Castle en in Milaan bevinden.

Onvoltooide werken

Leonardo da Vinci zou in deze tijd ongetwijfeld van ADHD beticht zijn. Zijn rusteloze en voortdurend ideeën producerende geest zorgde ervoor dat hij snel uitgekeken raakte op projecten en veel onvoltooid liet. Zo bleef het altaarstuk De Aanbidding door de Wijzen toen hij in 1482 naar Milaan vertrok onvoltooid achter in Florence. Ook het monumentale, acht meter hoge ruiterbeeld ter ere van de vorst Francesco Sforza dat bedoeld was voor de stad Milaan, werd nooit gerealiseerd. De faam van Da Vinci als schilder berust op slechts zeventien overgeleverde – al dan niet voltooide – doeken. En natuurlijk op zijn tot in de puntjes ontwikkelde sfumato-techniek: de vaardigheid om de contouren van kleurovergangen te verzachten zodat een veel natuurgetrouwer weergave van vooral het menselijk lichaam ontstaat.

Viola organista

Een van Da Vinci’s nimmer gerealiseerde projecten heeft alles met muziek te maken. Al in 1488 tekent en beschrijft hij het principe van een viola organista, een door Da Vinci bedacht instrument dat de klank van de violen moet verenigen met het vermogen van toetsinstrumenten om meerstemmig te spelen. Het ideaal van Da Vinci was een universeel instrument, dat de ene keer naar een viool, de andere keer naar een klavierinstrument en dan weer naar een cello of houtblazer klonk. Hij bedacht een klavier dat via een roterende strijkrol de snaren aanstrijkt en het vermogen had verschillende strijkrollen tegelijkertijd aan te sturen. Het bleef in Da Vinci’s tijd bij een idee en bij de schetsen die overgeleverd werden in de Codex Atlanticus, de grootse overgeleverde verzameling manuscripten van Da Vinci die tegenwoordig in het bezit is van de Biblioteca Ambrosiana in Milaan. In 1575 waagde de Duitse uitvinder Hans Haiden een poging een ‘Geigenwerk’ te maken volgens de principes van Da Vinci. Pas in 1993 kreeg deze poging een vervolg in het werk van de bouwer Aiko Obuchi. Maar het was de Poolse pianist Sławomir Zubrzycki die het instrument in 2013 daadwerkelijk bouwde en uit de vergetelheid haalde door er concerten op te geven en er opnamen mee te maken.

Melodieën van Da Vinci?

Hoewel soms de indruk wordt gewekt dat er ook composities van Da Vinci zelf bestaan, is en blijft dat hoogst twijfelachtig. Da Vinci mag muziek na schilderkunst de belangrijkste kunstvorm gevonden hebben, het is onwaarschijnlijk dat er enige noten van deze briljante Renaissanceman zijn overgeleverd.
In de wanhoop om maar een paar noten van de meester te vinden, moeten we het doen met theorieën over verborgen melodieën in schilderijen, zoals die van de Italiaanse musicus Giovanni Maria Pala, die in het boek The Hidden Secret betoogt, dat er een Requiem-achtige melodie van twaalf maten in Het Laatste Avondmaal verstopt zit.


Lees en luister ook