Top 10 Dodenmaskers

Dodenmasker Arnold Schoenberg

Het is een eeuwenoude traditie die nu wat luguber aandoet: het maken van een dodenmasker. Morbide of niet, het dodenmasker geeft ons de mogelijkheid om personages uit het verleden in het echt te ontmoeten. Zo ook de grote namen uit de klassieke muziek.

Geschiedenis van het dodenmasker

Bij oude beschavingen, zoals die van de Egyptenaren, Grieken en Romeinen bestond al het gebruik om van het menselijk gelaat, dood of levend, een afgietsel te maken in was of gips. Dit afgietsel diende als model voor de beeldhouwer om een portret in steen te maken. Ook werden de maskers gebruikt bij de uitvaart van een overleden vorst of als herinnering aan een voorouder. Tot in de Middeleeuwen werden deze dodenmaskers vooral gemaakt van vorsten en kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders. Maar vanaf de 17e eeuw maakte men ook dodenmaskers van wetenschappers, schrijvers, componisten en andere kunstenaars. Ondanks dat de maskers na overlijden gemaakt zijn, geven ze ook na al die tijd nog een indruk van grote intimiteit en nabijheid. Een bijzondere ervaring, zeker als het gaat om bekende of bewonderde mensen. In de 18e eeuw werden dodenmaskers van ‘beroemdheden’ daarom niet voor niets een geliefd verzamelobject.


Bruckner

Anton Bruckner was een zeer religieuze man, wiens godvruchtigheid in zijn hele oeuvre is terug te horen en hij componeerde met grote toewijding. Zijn meest ambitieuze project, zijn Negende Symfonie, is direct opgedragen aan ‘onze lieve Heer’. Toen Bruckner in 1896 stierf, waren slechts drie van de vier delen van deze symfonie compleet. Hoewel de finale grotendeels af was, ontbrak de cruciale lofzang. De bestaande drie delen zijn gelukkig compleet genoeg om ons ook zonder het laatste deel te kunnen ontroeren. Vooral het Adagio laat een verpletterende indruk achter – niet voor niets noemde Bruckner dit zelf zijn ‘afscheid van het leven’ (‘Abschied vom Leben’).


Schönberg

De verhouding tussen Igor Stravinsky en Arnold Schönberg was stroef. Beide componisten woonden in hun latere leven in Hollywood, zowat bij elkaar om de hoek, maar spraken elkaar daar niet. Was er rivaliteit tussen deze componisten die allebei streden om de titel ‘revolutionair van de eeuw’? Het werd nooit uitgesproken en de relatie bleef ongemakkelijk. Dat veranderde toen Schönberg stierf en Stravinsky zijn dodenmasker zag. Plots begreep hij de muziek en missie van zijn tegenpool. De Russische componist betrad een nieuwe fase waarin hij Schönbergs serialisme in zijn eigen composities ging toepassen. Tegen alle verwachting in maakte de koppige Stravinsky op late leeftijd een muzikale draai van honderdtachtig graden.


Beethoven

Er bestaat in de klassieke muziek geen groter icoon dan Ludwig van Beethoven, op Bach na dan. Na zijn dood betrad de componist het muzikale pantheon: zijn werken hadden een gigantische invloed op generaties componisten die allen zijn status als muzikale god probeerden te evenaren. Brahms verwoordde de eerbied voor de componist mooi: ‘Je hebt geen idee hoe het is als je telkens de voetstappen van een reus [red. Beethoven] achter je hoort.’ Veel componisten hadden zijn iconische buste op hun werktafel staan. Maar hoe bijzonder en invloedrijk zijn muziek ook was, ook Beethoven was slechts een mens. Na zijn onontkomelijke dood legde Joseph Danhauser zijn gelaatstrekken in een masker vast.


Mahler

Gustav Mahler leefde aan het eind van een tijdperk. De muziek, en de wereld waren aan het veranderen, aan het moderniseren. Een van de genres waarin Mahler heer en meester was, de symfonie, bleek sterfelijk. Nog even en modernisten als Schönberg en Stravinsky zouden haar helemaal afzweren als een icoon van vervlogen tijden. Na de dood van Mahler was het dan ook gedaan met de symfonie; progressieve componisten waagden zich niet aan het genre en ook Mahlers stijl was passé. In de concertzaal leven Mahler en de symfonie gelukkig nog wel. En ook via zijn beeltenis spreekt de componist nog altijd tot ons. Vlak na Mahlers dood begon zijn goede vriend Alfred Roller aan een dodenmasker. We zien het werk van een begenadigd kunstenaar, maar ook de hand van een liefkozende vriend.


Mendelssohn

Tijdens zijn leven genoot Felix Mendelssohn van een enorme populariteit. Het wonderkind groeide uit tot een succesvol componist en dirigent. We horen in zijn werken de gestructureerde frasering en compositievormen van oude meesters als Mozart en Bach, maar ook vurige en gepassioneerde melodieën – een romanticus met een klassieke insteek. In zijn tijd leverde hem dat naam en faam op, die hij na zijn dood weer moest inleveren. Helaas hechtten de vooruitgangsdenkers geen waarde aan componisten die niet vernieuwend genoeg waren, die zich te veel door het verleden lieten inspireren. Zo oud als Mendelssohns muziek was, zo jong was zijn gelaat. En spijtig genoeg is zijn dodenmasker dat ook: Mendelssohn stierf op achtendertig jarige leeftijd.


Haydn

Joseph Haydn had een leuke oude dag. Naast dat hij een leven lang bij de Esterházy familie werkte en daar bijzonder veel muziek schreef, beleefde hij op hoge leeftijd nog enkele bijzondere successen. Zo toerde hij nog door Europa, en deed Engeland en Duitsland aan. In Londen componeerde Haydn Die Schöpfung, een werk dat hij pas op negenenvijftigjarige leeftijd schreef maar dat desalniettemin een hit werd. Haydn was nog lang niet passé en werd alom gerespecteerd. Maar ook op het einde van zijn leven behield de componist zijn status. Toen Napoleon Wenen binnenviel en de bejaarde Haydn weigerde te vluchten, liet de Franse generaal zijn huis bewaken opdat de oude man niks overkwam. Geliefd en geprezen stierf Haydn met een ontspannen lach op zijn gelaat.


Liszt

Franz Liszt had een succesvol leven. In zijn jonge jaren was hij een held die met zijn briljante spel tijdens concerten schitterde als rockster avant la lettre – dames zwijmelden bij zijn verschijning. Op latere leeftijd ebde zijn sterrenstatus langzaam weg en legde Liszt zich meer toe op het componeren. Behalve als begenadigd instrumentalist was hij ook als componist interessant. Zijn muzikale taal bleek de toekomst te voorspellen: hij zocht de grenzen van de gangbare muziektheorie op; iets dat zijn schoonzoon Richard Wagner enkele jaren later ook zou doen. Met zo’n succesvol leven keek hij terug op een productief bestaan. Zou daar de vredige expressie op zijn gezicht vandaan komen?


Chopin

Fryderyk Chopin kennen we, samen met Liszt, als dé pianocomponist uit de negentiende eeuw. Tijdens zijn leven werd hij geplaagd door politieke onrust, ziekte en moeizame relaties. Toen hij op jonge leeftijd naar Wenen vertrok voor zijn opleiding, zei hij Polen voorgoed vaarwel. Door een opstand in Polen was terugkeren geen optie, Chopin zou zijn moederland nooit meer zien. Losgerukt van zijn wortels trok de componist de rest van zijn leven door Europa. Maar ook in andere aspecten van zijn leven kende Chopin geen stabiliteit. Hij leed aan tuberculose en vond in de liefde geen houvast. Na zijn vroege dood werd zijn lichaam begraven in Parijs, maar keerde zijn hart terug naar Polen. Enigszins uitgeput door het leven toont zijn dodenmasker een vermagerde uitdrukking.


Wagner

Richard Wagner staat bekend als een van de grote muzikale vernieuwers uit de negentiende eeuw. Hij maakte de weg vrij voor latere modernisten en revolutionaliseerde de opera. Volgens de componist was het begrip ‘opera’ alleen te beperkt. Hij sprak liever over het ‘Gesamtkunstwerk’: een synthese van alle kunstvormen. Muziek, dans, decor, licht – alles vormt samen één geheel. Toen Wagners einde nabij kwam, maakte hij zijn ultieme kunstwerk: Bayreuth. Dit operahuis was precies gebouwd zoals Wagner dat wilde; hier controleerde de componist ieder aspect van zijn Gesamtkunstwerk; hier kon zijn nieuwe kunstvorm tot recht komen. Nog steeds wordt jaarlijks in Bayreuth de gehele Der Ring des Nibelungen-cyclus uitgevoerd. Wagner kon voldaan zijn ogen sluiten.


Tsjaikovski

Pjotr Iljitsj Tsjaikovski had een moeizaam leven. Zijn onderdrukte homoseksualiteit mondde uit in ongelukkige liefdes, vaak met desastreuze drama’s tot gevolg. Dat persoonlijke ongeluk heeft ook de manier waarop wij zijn composities zien beïnvloed. Lang werd dan ook gedacht dat zijn dramatische Zesde Symfonie een afscheidsbrief was – een muzikale zelfmoordbrief. Dat bleek niet het geval. Waarschijnlijk stierf Tsjaikovski aan cholera, niet aan een gebroken hart. De dramatiek heeft de componist echter nooit losgelaten. Nog steeds horen we in zijn muziek pijn, kwelling en verdriet. Ten onrechte? Dit dodenmasker biedt niet heel veel opheldering. De componist lijkt rustig zijn einde tegemoet getreden. Of had Tsjaikovski geleerd zijn ware gevoelens te verhullen?


Aanbevolen opnamen


Lees en luister ook