Top 10 Hector Berlioz

Het leven van componist Hector Berlioz in tien werken.

1. Symphonie Fantastique (1830)

Als conservatoriumstudent bezoekt Berlioz – zonder iets van de taal te verstaan – de Hamlet van Shakespeare door een Engels toneelgezelschap. Hij raakt daar in de ban van een actrice, de Ierse Harriet Smithson. Lang probeert hij vergeefs haar aandacht te trekken. Na drie jaar besluit Berlioz een symfonie te schrijven over zijn obsessionele liefde voor haar. Het wordt een van zijn beste werken: de Symphonie Fantastique.

2. Harold en Italie (1834)

Als prijswinnaar van de Prix de Rome mocht hij een jaar studeren in de Italiaanse hoofdstad. Hij verveelde er zich. Wel gebruikte hij die ervaringen een paar jaar later, toen de beroemde violist Niccolo Paganini hem vroeg om een concert voor altviool te schrijven. Zoals vaak nam Berlioz een literair werk als inspiratiebron, dit keer het gedicht Childe Harold’s Pilgrimage van Lord Byron. De muziek beviel Paganini niet, hij kon er zijn virtuositeit niet in kwijt. Maar jaren later, toen de violist het hoorde, viel hij in bewondering voor Berlioz op de knieën.

3. Grand Messe des Morts (1837)

Berlioz hield van spektakel. Het toppunt daarvan is zijn dodenmis, waarin fluisteringen en uitbarstingen alle uitersten van het muzikale spectrum bespelen. Zestig tenoren, tachtig bassen, acht pauken, vier groepen koperblazers – groot is een understatement. In het Laatste Oordeel uit dit ‘requiem der requiems’ laat Berlioz de muziek door de zaal razen.

4. Roméo et Juliette (1839)

Uiteindelijk lukte het Berlioz het hart van actrice Harriet Smithson – inderdaad: de vrouw van de Fantastique – te veroveren. Het huwelijk zelf verliep zeker zo stormachtig als de periode die eraan vooraf ging. Zijn koortsachtige passie voor Harriet verwerkte Berlioz in de opera over het ultieme liefdespaar Romeo en Julia. Het resultaat is meeslepend en intens.

5. Les Nuits d’Été (1841)

Uiteindelijk beantwoordde de liefde voor Smithson toch niet aan de hoge verwachtingen van Berlioz. In het hoofd en het hart van een ware romanticus kan de werkelijkheid nu eenmaal niet wedijveren met de verbeelding. In de melancholieke gedichten van zijn vriend Théophile Gautier vond hij troost. Zelfs de dood groeit hierin uit tot een sensuele ervaring.

6. Le Carnaval Romain (1844)

Een paar jaar eerder componeerde Berlioz een indrukwekkende opera over de Florentijnse beeldhouwer en musicus Benvenuto Cellini. Hij maakt furore in Rome. Berlioz maakte van de pompende thema’s en dansen uit deze opera een orkestouverture. Muziek waarin het orkest toewerkt naar een van Berlioz’ grote climaxen.

7. La damnation de Faust (1846)

Klassieke schrijvers als Shakespeare en Goethe waren grote helden van Berlioz. ‘Ik lees Faust van Goethe overal’, schreef hij, ‘bij de maaltijd, in het theater en in de straten’. Het kon dan ook niet uitblijven dat hij het boek zou gebruiken in zijn muziek. Het werd een opera, niet voor de bühne, maar voor de concertzaal. De Parijzenaren begrepen het werk niet, wat Berlioz wel vaker overkwam. Want zijn muziek was grillig en lag dichtbij zijn eigen wat overspannen belevingswereld.

8. L’Enfance du Christ (1854)

In 1850 schreef Berlioz een herderskoor. Vanwege zijn nogal ingewikkelde verhouding met het Parijse publiek liet hij het uitvoeren als stuk een door hemzelf bedachte barokcomponist Pierre Ducré. ‘Berlioz zou nooit in staat zijn’, vond een toeschouwster, ‘om zo’n simpel en betoverend thema te schrijven als de oude Ducré.’ Maar hij kon het wel. Hij componeerde een driedelig oratorium. In het eerste geeft koning Herodes het bevel om alle pasgeboren jongens in Bethlehem om te brengen – onder hen zou zich immers de nieuwe koning der Joden, zijn concurrent, bevinden – in het tweede vluchten Jozef, Maria en Jezus naar Egypte, en in het derde worden zij daar in een gezin opgenomen. Het publiek was opgetogen over de intieme en eenvoudige stijl die Berlioz in dit werk hanteerde. ‘Als ze denken dat ik veranderd ben, vergissen ze zich’, zei Berlioz. ‘Het onderwerp leent zich nu eenmaal voor deze aanpak.’

9. Les Troyens (1858)

En dat hij niet veranderd was, bewees Berlioz met een nieuw operaspektakel Les Troyens, gebaseerd op de Aeneis van Vergilius, over de teloorgang van Troje en koningszoon Aeneas, die de brandende stad ontvlucht om uit te groeien tot de stamvader van de Romeinen. In het voorbijgaan drijft hij nog wel de Carthaagse koningin Dido tot zelfmoord. Les Troyens doet in zijn enorme omvang van vijf bedrijven denken aan een Franse Wagner. Berlioz kreeg het dan ook niet uitgevoerd tijdens zijn leven. Ook nu nog is het stuk zelden te zien.

10. Béatrice et Bénédict (1862)

Zijn laatste grote werk was de komische opera Béatrice et Bénédict, waarbij hij weer een verhaal van Shakespeare als uitgangspunt nam: Much ado about nothing. Hij schreef het werk in opdracht van het operahuis in het Duitse Baden-Baden. De muziek klinkt licht en feeëriek, maar de grote delen gesproken woord tussen de aria’s doen het werk geen goed. Berlioz’ loopbaan en leven eindigen in verbittering. ‘Mijn haat tegen de laagheid en gruwelijke wreedheid van de mens was nog nooit zo intens.’


Luister alle werken uit deze Top 10 met onze Spotify afspeellijst:


berliozLees en luister ook