In de spotlights Pianist Daniil Trifonov

Daniil Trifonov
© Dario Acosta / DG

Sinds Daniil Trifonov in 2011 winnaar was van zowel de Tsjaikovski Competitie in Moskou als de Arthur Rubinstein Competitie in Tel Aviv wordt hij wereldwijd gezien als een sensatie. De lovende woorden voor de opnames en concerten van deze jonge Rus stapelen zich in rap tempo op en recensenten strooien met vergelijkingen met klavierleeuwen als Arthur Rubinstein en Vladimir Horowitz. Voor wie nog nooit van Trifonov heeft gehoord, is dit misschien reden om de wenkbrauwen op te trekken. Maar als je even de moeite neemt om te luisteren, begrijp je dat we hier met een fenomeen van doen hebben.

Muziek over de liefde en het leven

Wanneer er een nieuw Trifonov-album uitkomt, kun je niet anders dan op het puntje van je stoel gaan zitten. De afgelopen jaren zette hij zich op de kaart met het virtuoze, romantische werk van Rachmaninov, Chopin en Liszt. Voor zijn nieuwe album viel de keuze juist op muziek “over de liefde en het leven”: Bach. Trifonov ziet het album als verkenning naar de man achter de mythe, die verantwoordelijk is voor “enkele van de meest emotioneel rijke en fascinerend geraffineerde uitingen in muziek.”

Centraal staat Bachs late meesterwerk Die Kunst der Fuge. Hoewel het bombastische passagewerk uit de Romantiek op dit album achterwege gelaten wordt, is de muzikale uitdaging er met dit complexe werk niet minder om. Die Kunst der Fuge, bestaand uit 18 canons en fuga’s gebaseerd op één thema, is een monumentale compositie die live maar zelden wordt uitgevoerd. Niet voor niets zei Glenn Gould ooit over deze compositie: “Het is het moeilijkste wat ik ooit heb moeten doen.” Dat komt deels door wat technisch van de pianist wordt gevraagd en deels omdat alle delen in dezelfde toonsoort staan en rond hetzelfde thema geschreven zijn. Daarmee staat de uitvoerder aan de taak om variatie in het werk te brengen. Met zijn magische combinatie van vitaliteit, gevoeligheid en vlekkeloze techniek zijn we bij Trifonov hiervoor aan het juiste adres.

Bach: The Art of Life is hier verkrijgbaar en vanaf 8 oktober beschikbaar op alle streamingdiensten.


Instrumentalist of the Year 2021

Ieder jaar buigt in Duitsland een jury van klassieke muziekexperts zich over het muzikale landschap voor de uitreiking van de Opus Klassik Awards, de meest prestigieuze klassieke muziekprijzen van onze oosterburen. Dit jaar werd Trifonov benoemd tot ‘Instrumentalist of the Year’ voor zijn album Silver Age. Dit eerder al door de pers bejubelde album beslaat een belangwekkend stukje Russische muzikale historie: de Zilveren Eeuw van Russische muziek, met aan het front componisten als Skrjabin, Stravinsky en Prokofjev. “De Zilveren Eeuw in de Russische kunstgeschiedenis wordt niet beheerst door een overkoepelende esthetiek,” zegt Daniil Trifonov in het zeer informatieve bijbehorende boekje. “Het beschrijft een toenemend gefragmenteerde sociale, politieke en intellectuele omgeving. Een cocktail van verschillende artistieke uitingen die in opwindende interactie naast elkaar staan.” Het album bevat daarvan alle ingrediënten: de mystiek en het occultisme van Skrjabin staat naast het sarcasme en futurisme van Prokofjev, terwijl Stravinsky er als de kameleon die hij altijd gebleven is tussendoor laveert.


Erfgenaam van Liszt

“Hij bezit grote tederheid, maar ook iets demonisch.” Dat zal ongetwijfeld wel eens gezegd zijn over Franz Liszt, de duivelse virtuoos die vrouwen in hun aanbidding tot waanzin dreef, die flirtte dat het een lieve lust was en als jongeman aan de haal ging met een getrouwde gravin. Maar hij was ook de man die zich aan het einde van zijn leven in zichzelf terugtrok en als geestelijke de lagere wijdingen van de Katholieke Kerk ontving. Maar het bovenstaande citaat over het tedere en het demonische – uitgesproken door de beroemde pianiste Martha Argerich – gaat niet over Liszt, maar over Trifonov – volgens The Washington Post “een erfgenaam van Liszt”.

Zonder de vernieuwer Liszt zou de wereld van de muziek – en de piano in het bijzonder – er nu heel anders uitzien, gelooft Trifonov. “Je vindt zijn invloed overal terug, zelfs op plekken waar je hem niet verwacht, zoals in het Eerste Pianoconcert van Tsjaikovski. Ik ben ervan overtuigd dat dat werk op veel punten andere wendingen zou hebben genomen als Liszt niet bestaan had. ‘Wij staan allemaal op zijn schouders”, zegt Trifonov. “Hij liet ons zien en horen wat het betekent om musicus te zijn.” Voor zijn album met Liszts Etudes Transcendentales won hij in 2018 een Grammy.


Debuut in Carnegie Hall

Na de winst van zowel de Tsjaikovski Competitie in Moskou als de Arthur Rubinstein Competitie in Tel Aviv in 2011 waren de verwachtingen hooggespannen. Twee jaar later waren de ogen wereldwijd gericht op de New Yorkse Carnegie Hall, waar de toen 21-jarige pianist zijn spectaculaire debuut maakte met een programma rond Liszt, Chopin, Medtner en Skrjabin, een componist wiens muzikale spectrum reikt van “mysterieus tot extatisch, overgoten met een sensueel parfum,” zoals Trouw schreef. Op Deutsche Grammophon verscheen de live opname van dit Carnegie Hall recital, iets wat op dit label in de afgelopen drie decennia slechts twee andere pianisten lukte: Mikhail Pletnev en Lang Lang.


Van componist naar pianist

Wie denkt dat Trifonov van begin af aan geboeid was door de piano heeft het mis. Zijn eerste stappen in de muziek zette hij eerder als componist. “Ik was vijf jaar oud en nog helemaal niet geïnteresseerd om dat instrument te bespelen, maar ik wilde de piano gewoonweg gebruiken om bepaalde muzikale ideeën uit te drukken. Ik had een keyboard en vond het ontzettend leuk om geluiden voort te brengen en daar wat mee te doen. Gaandeweg kreeg ik interesse in andere soorten muziek en begon ook de piano een grotere rol te spelen. Maar als je toen gezegd had dat ik pianist zou worden, had ik vreselijk gelachen.” Hier speelt de achtjarige Trifonov zijn eigen compositie Burratino’s avontuur waarmee hij in 1999 de eerste prijs won op het Artobolevskaya Concours in Moskou:

Dat na zijn dertiende de piano op de voorgrond kwam te staan, betekende niet dat Trifonov stopte met het op papier zetten van zijn eigen muzikale ideeën: “Laten we het er maar op houden dat componeren mijn favoriete hobby is.” Het is een hobby die gelukkig niet beperkt blijft tot de muren van zijn studeerkamer: in 2015 nam hij zijn eigen suite voor solo piano, Rachmaniana, op. Het zijn vijf schitterende miniaturen, bedoelde als hommage aan Sergei Rachmaninov en de Russische pianotraditie die met hem een hoogtepunt bereikte.

Ook arrangeren is Trifonov niet vreemd. Zo opent het tweede album van het tweeluik Destination Rachmaninov met zijn bewerking voor piano solo van The silver sleigh bells, het eerste deel van de koorsymfonie The Bells. De pianist zet meteen de toon met de lichtvoetigheid van heldere klokjes en dynamisch voortglijdende sleeën. Het werk lijkt in de transcriptie van Trifonov, ondanks de soms lastige combinatie van overvol passagewerk tegenover een lange lyrische melodie, geschapen voor het instrument.


Lees en luister ook