In de spotlights Componist Max Richter

Max Richter
Max Richter / Deutsche Grammophon © Yulia Mahr

Als kind vielen Max Richter al melodieën in, die in zijn hoofd verder groeiden. ‘Ik wist niet dat zoiets componeren heette. Pas later ontdekte ik tot mijn verbazing dat niet iedereen zulke muzikale gedachten bezat.’ Hij maakte een Recomposed versie van de beroemde Vier Jaargetijden van Vivaldi. ‘Ik moest een nieuw pad zoeken door hetzelfde landschap’, zegt hij.

‘Ik moest een evenwicht zoeken tussen Vivaldi en mezelf’

‘Vivaldi vergde veel van me’, zegt componist Max Richter. Enkele jaren geleden begon hij in de reeks Recomposed aan het bewerken van de beroemde Vier Jaargetijden. Hij ontdekte dat de opdracht om de muziek van Vivaldi richting de clubscene te stileren minder eenvoudig was dan hij zich voorstelde. De erfenis van de Italiaanse componist bleek weerbarstig en vroeg om een nieuwe taal. Het was meer dan een snuf Richter toevoegen aan het gerecht van Vivaldi. ‘Ik moest een evenwicht zoeken tussen hem en mij’, herinnert de Brit zich. ‘Onze gemeenschappelijke noemer vond ik tenslotte in eenzelfde manier van werken met patronen. Vivaldi’s stijl lijkt bijna op het knippen en plakken dat je met een computer doet. Hij haalt drama uit notenmateriaal dat hij herhaalt en tegenover elkaar zet. Mijn grondtaal komt uit de minimal music – componisten als Adams en Andriessen, waarin ik ook spanning opbouw door soortgelijke patronen. Mijn melodische taal is weidser en romantischer, maar het verschilt in de kern niet wezenlijk. Uiteindelijk werd Vivaldi Recomposed een reis met grote tijdsprongen. Het is als een haiku, het Japanse gedicht waarin de schrijver een aanloop neemt en dan naar die laatste, alles betekenende zin springt. Waar bevind ik me? vraag je je af. Dat gevoel, daar hou ik van.’

‘Het origineel was een basiskamp van waaruit ik nieuwe tochten kon maken’

Dat vrijwel iedereen de Vier Jaargetijden kent en er iets van vindt, was voor Richter een minder groot probleem. ‘De stukken zijn als vruchtbare grond: je kunt er voor mijn gevoel op miljoenen manieren doorheen ploegen. Ik zou de Vier Jaargetijden eindeloos opnieuw kunnen componeren.’ Hij ervoer het als een plezier om zich zo intens met de noten te kunnen vereenzelvigen. ‘Het origineel groeide uit tot een basiskamp, een startpunt voor steeds nieuwe tochten kon maken en waarnaar ik aan het einde van de dag altijd kon terugkeren.’ Daarvoor moest hij eerst wel door een proces heen. ‘Als kind werd ik verliefd op de muziek van Vivaldi, maar in de loop der jaren hoorde ik bepaalde delen van de Jaargetijden zo vaak dat er verzadiging optrad. Je kunt wel over de mooiste bergweg van de Alpen rijden, dacht ik, maar als je dat elke dag doet, dan komt er een moment dat je de schoonheid niet meer ziet. Ik moest een nieuw pad zoeken door hetzelfde landschap.’

‘Bach is een poolster die me door de wereld van de muziek gidst’

Richter werd geboren in Duitsland, maar zijn ouders verhuisden al vroeg met hem naar Engeland, waar hij opgroeide. Zijn vader was ingenieur, zijn moeder huisvrouw, die als amateur haar vrije tijd deels achter de piano doorbracht. ‘Ze hadden een grote platenverzameling’, vertelt hij, ‘waarin zich van alles bevond. Ik herinner me de opname van het Concert voor twee violen van Johann Sebastian Bach door vader en zoon Oistrach. Mijn moeder oefende zijn pianowerken op de piano. Door Bach werd ik me voor het eerst bewust van wat klassieke muziek eigenlijk was. Als kind van vijf, zes verbaasde ik me over de gevoelens die Bach bij me kon oproepen: de sensatie dat er een taal in zijn muziek zat, die betekenis had en die ik kon leren. Een spannende gedachte. De noten bezaten logica, maar ook drama en iets schilderachtigs. Sindsdien is hij een soort poolster die me door de wereld van de muziek gidst. Maar dat zullen alle componisten zeggen. Bach vond een taal voor ons uit, en leerde ons hoe we die konden gebruiken.’

‘Het gaat om het mengsel van techniek en gevoel’

Als klein kind was Richter al aan het componeren in zijn hoofd. ‘Dan viel me een melodie in, die in mijn hoofd verder groeide. Niet dat ik wat opschreef, ik borduurde er de volgende dag gewoon op voort. Ik wist niet dat zoiets componeren heette. Pas later ontdekte ik tot mijn verbazing dat niet iedereen zulke muzikale gedachten bezat.’
Al snel was Richter een muzikale veelvraat. ‘Rond mijn tiende leerde ik The Beatles kennen. Zij zijn in zekere zin de Bach van de popmuziek zijn, pioniers die richting gaven. En daarna dijde mijn smaak uit. Ik werd me bewust van eigentijdse klassieken. Stravinsky betoverde me. Zijn muziek is een mengsel van ongelooflijke vindingrijkheid, briljante techniek en roekeloosheid. Het is waanzin soms, maar zo goed geconstrueerd. De Psalmsymfonie is prachtig. En uiteraard de Sacre du Printemps. Wat moet je daar nou nog over te berde brengen? Dat het een meesterwerk is, ja, dat is zoiets als zeggen dat de Mount Everest een hoge berg is. Ik heb ook nog een tweede Bach, en dat is Henry Purcell. Ik ben geobsedeerd door zijn muziek. Zijn mooie gevoel voor melodie en drama. Wonderbaarlijk. En hij is net als Bach een meester in het contrapunt. In mijn opleiding kregen we vijf jaar lang wekelijks les in contrapunt. Toen haatte ik dat, maar nu pluk ik er dankbaar de vruchten van. De combinatie van techniek en gevoel, die doet het voor mij in de muziek.’


028947952589-cvr_222x220Lees en luister ook