In de spotlights Janine Jansen
Zelfs de grootste violisten aarzelen voordat ze zich aan het machtige concert van Johannes Brahms wagen – een werk dat Janine Jansen recentelijk voor het eerst heeft opgenomen, het album verschijnt deze week. Harriet Smith spreekt met deze muziekgrootheid over Brahms, Bach en familie.
Wanneer ik een afspraak heb met violiste Janine Jansen, houdt één onderwerp haar het meest bezig: Brahms, en dan met name zijn Vioolconcert. Het werk dat door een vroege deskundige, de beroemde dirigent Hans von Bülow, werd omschreven als ‘een concert tegen de viool’. Janine was in Rome waar zij het concert van Brahms samen met dirigent Antonio Pappano en het Orchestra dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia speelde. Het resultaat werd vastgelegd door Decca, de live-opname verschijnt deze week.
Ondanks de veeleisendheid ervan vindt Janine het een werk dat gewoon live opgenomen moet worden. ‘Ik ken het stuk goed, toen ik 16 was speelde ik het voor het eerst met een orkest, 20 jaar geleden dus. Maar het concert opnemen is heel iets anders, omdat het zo monumentaal is en zoveel grote violisten het opgenomen hebben. Het is een van de meest veeleisende stukken in het repertoire, niet alleen fysiek – omdat het zo lang is – maar ook mentaal, omdat het zo legendarisch aanvoelt.’
In een studio bestaat het risico dat perfectie belangrijker wordt dan al het andere
Janine legt uit dat het ook een werk is dat je moet doorleven om de monumentale kwaliteiten ervan echt te begrijpen. ‘Momenten zoals de passage na de vioolcadens in het eerste deel – wat voor mij hét moment is – daar moet je voor gereisd hebben om er te komen, anders kun je het niet echt voelen. Daar komt bij dat in een studio het risico bestaat dat perfectie belangrijker wordt dan al het andere. Wanneer je een live uitvoering opneemt, dan kunnen er ongewenste dingen gebeuren. Maar anderzijds valt alles soms zo samen dat er echt magie ontstaat – en dat is waar je als musicus altijd naar op zoek bent.’
Het bestaan van dit werk danken we aan de grote Hongaarse violist Joseph Joachim – hij was een vriend van Brahms en zijn adviezen aan de jonge componist gingen veel verder dan alleen de vioolpartij. De meeste violisten houden zich aan Joachims eigen cadens voor het werk, ook Janine doet dat: ‘Het zou verkeerd zijn een andere cadens te spelen – het stuk is evengoed van Joachim als van Brahms – en Brahms was het volkomen eens met die cadens.’
De opname van het concert van Brahms is om nog een reden bijzonder. Janine heeft een nieuwe band met een zekere Baron Deurbroucq, een Stradivarius uit 1727 die zij te leen heeft van de Beare’s International Violin Society. Janine: ‘Ik had zo’n bijzondere band met mijn vorige viool, de Barrere Stradivarius uit hetzelfde jaar – die was de afgelopen 15 jaar echt mijn stem. Maar ik kwam op een punt in mijn leven dat ik het gevoel kreeg dat ik moest gaan experimenteren en een nieuwe richting zoeken. Het is zo iets persoonlijks, je kunt op een geweldig instrument spelen en toch geen band voelen. Maar door de Baron voelde ik me meteen geïnspireerd vanwege de kleuren en lagen die je in de klank kunt aanbrengen. Het concert van Brahms was mijn eerste opname hiermee.’
Het concert van Brahms is geaard, terwijl het concert van Bartók zo fragiel is, maar ze vullen elkaar prachtig aan
Alsof dat nog niet verleidelijk genoeg is, komt Janine op het album met een fascinerende en ongebruikelijke combinatie: het Eerste Vioolconcert van Bartók. Naast de Hongaarse sfeer (die vooral sterk aanwezig is in het laatste deel van het concert van Brahms), vroeg ik me af wat deze werken nog meer gemeen hadden. Janine: ‘Je kunt daar van alles bij bedenken, maar het is meer een gevoel. De opening van het concert van Brahms, met zijn verbazingwekkend rijke melodie in D groot, heeft een verbinding met de opening van het concert van Bartók, waarin de solo viool opent met een idee dat is gebaseerd rond een akkoord in D groot. Het concert van Brahms is geaard, terwijl het concert van Bartók zo fragiel is en zich haast in het luchtledige bevindt. Maar op de een of andere manier vullen zij elkaar prachtig aan.’
Janine is een buitengewoon bescheiden musicus. Misschien komt dat deels omdat zij uit een buitengewoon muzikale familie komt. Dat weet iedereen die haar opname van Vivaldi’s Vier Jaargetijden of Bachs Vioolconcerten heeft beluisterd. Daarop speelt haar vader klavecimbel en haar broer Maarten cello. Kamermuziek was een vanzelfsprekend onderdeel van haar opvoeding, niet alleen thuis maar ook elders. ‘Mijn eerste viooldocente richtte zich vooral op kamermuziek, waar ik haar erg dankbaar voor ben.’ Het was voor Janine dan ook een logische stap om haar eigen kamermuziekfestival te organiseren. Het Internationaal Kamermuziek Festival Utrecht zal komend jaar voor de dertiende keer plaatsvinden.
‘Het belangrijkste van samen musiceren vind ik het naar elkaar luisteren. En ik vond het heerlijk om naar festivals van anderen te gaan, dus het leek me geweldig om mijn eigen festival te hebben. Zo kon ik niet alleen de stukken die ik wilde spelen programmeren, maar ook de musici met wie ik dat graag samen wilde doen. En het is een uitdaging om ensembles zo samen te stellen dat ik het gevoel heb dat het muzikaal gaat werken.’
Lees en luister ook
Album van de week Janine Jansen
Top 20 Violisten
Playlist De keuze van Janine Jansen
Top 10 Vioolconcerten
Legende Itzhak Perlman
Instrument Viool