Componist George Enescu

George Enescu

Hij was de leraar van een heel rijtje vioollegendes, componeerde postromantische muziek gelardeerd met volksmelodieën en wordt in Roemenië vereerd als muziekheld: George Enescu.

George Enescu, 1881-1955

George Enescu was net zo’n goede componist als docent en net zo’n goede pianist als violist. Als vioolleraar was hij de mentor van Yehudi Menuhin, die Enescu zijn hele leven lang als een belangrijke invloed bleef beschouwen. En Enescu gaf les aan meer legendarische violisten, zoals Christian Ferras, Ida Haendel, Ivry Gitlis en Arthur Grumiaux. Als componist werd hij geroemd om zijn orkeststukken met folkloristische invloeden en als dirigent was hij zeer geliefd, vooral in de Verenigde Staten, waar hij in het interbellum regelmatig kwam.

Enescu was een wonderkind. Hij werd op zevenjarige leeftijd toegelaten tot het conservatorium van Wenen. Later vertrok hij naar het conservatorium van Parijs om compositie te studeren bij Gabriel Fauré. Na zijn studie verdeelde hij zijn tijd tussen Parijs en Roemenië, maar na de Tweede Wereldoorlog vestigde hij zich permanent in Frankrijk. Hij trouwde in de hogere kringen. Zijn vrouw, Maria Rosetti, was na haar eerste huwelijk Prinses Cantacuzino geworden. Hun prachtige huis in art nouveau-stijl in het centrum van Boekarest is nu een museum gewijd aan de componist.

Veel van Enescu’s werken zijn gebaseerd op volksmelodieën en -ritmes, van de twee Roemeense Rapsodieën voor orkest tot de Derde vioolsonate, waarin de musici de opdracht krijgen om ‘in de Roemeense stijl’ te spelen. Toch blijft de stem van de componist intens persoonlijk; Enescu’s leermeester Fauré koesterde de individualiteit van zijn studenten. Enescu verloor op zijn beurt nooit zijn muzikale nieuwsgierigheid en ontwikkelde een sterke interesse in oosterse muziek, waaronder de Indonesische gamelan.

Enescu’s vele kamermuziekwerken zitten boordevol fantasie en originaliteit. Een favoriet bij violisten is Impressions d’enfance (‘Impressies van de kindertijd‘). Het roept herinneringen op aan een rondtrekkende minstreel, het getjilp van een vogeltje, een slaapliedje en een storm gevolgd door een zonsopgang. Ook zijn Octet voor strijkers is zeer de moeite waard. Wat Enescu’s grootschalige orkestwerken betreft, verdienen zijn drie overgeleverde symfonieën meer aandacht. Twee andere zijn helaas onvoltooid gebleven.

Enescu’s meesterwerk is zijn enige opera, Oedipe, gebaseerd op een Griekse legende. De componist werkte er meer dan twintig jaar aan, van de eerste schetsen tot de uiteindelijke orkestratie. De opera vertelt het noodlottige leven van de mythologische figuur Oedipus, die volgens een orakel zijn eigen ouders zou vermoorden. De opera voor het eerst uitgevoerd in 1936 in Parijs. Het duurde daarna nog tot de jaren 1990 voordat hij ook in Duitsland en Wenen op de planken werd gebracht en wel tot de 21e eeuw voordat ook het Amerikaanse publiek de opera ontdekte.

Van Enescu worden weinig werken met enige regelmaat uitgevoerd op internationale podia, maar in zijn thuisland wordt hij gevierd als een nationale held. Zijn geboortestreek, een internationaal muziekfestival en een vliegveld zijn allemaal naar hem vernoemd.


Lees en luister ook