Snapshot Klassiek Bevalling

Cécile Huijnen is violiste. Ze heeft een duo Huijnen & Hopman, is concertmeester van het Gelders Orkest, is solist en maakt kamermuziek. Daarnaast is zij gastpanellid bij het radioprogramma Diskotabel. Cécile schrijft korte verhaaltjes over het dagelijks leven van een musicus die een kijkje in de keuken bieden. Het zijn columns met een knipoog, over vooroordelen, imago, achtergronden en de rock & roll van de klassieke muziek. Iedere twee weken op maandagavond kun je haar nieuwe column beluisteren op Radio 4 en lezen op Classics To Go.

Bevalling

Volgende week is het zover. Love!, de nieuwe cd van Huijnen & Hopman komt uit. De laatste fase van een bevalling, zeg maar. Een bevalling van twee jaar, dat wel. Onze ziel en zaligheid zit erin. De opnamen waren vlak voor de zomer, en de montage was aan het eind van de vakantie klaar.

Monteren doen we niet zelf, dat doet onze soundengineer Bert van der Wolf. Hij vertrouwt daarbij op zijn eigen inzicht, en op onze opmerkingen tijdens de opname. ‘Delete maar snel, Bert’, of ‘Deze was top!’ De montage beoordelen doen we natuurlijk wel. Koptelefoon op en luisteren, luisteren, en nog een keer luisteren.

Voordat ik eraan begon zag ik er tegenop. Tijdens de opname had ik een goed gevoel, maar vijf minuten nadat ik de studio uitliep begon ik te twijfelen. Áltijd hetzelfde. Had ik niet zus. Had ik niet zo. Had het niet sneller gemoeten, langzamer, zachter, harder, intiemer, of onbeschaamder. Had ik die ene passage met die rottige sprong niet nog tien keer over moeten doen.

Maar mijn perceptie, anders gezegd, gemierenneuk over piepkleine dingetjes, wordt zelden gedeeld door een ander. De manier waarop ik naar mezelf luister is voor soundengineers bloedirritant. Voor mezelf ook trouwens. Bij onze vorige cd baalde ik maanden later nog van een vals nootje dat verder niemand was opgevallen.

Nu wilde ik het anders. Een technisch volmaakte opname zonder een enkel krasje was niet het doel. De energie van het moment, de emotie en de schwung moesten te horen zijn. Ik wilde voor mezelf bewijzen dat ik details in perspectief kan zien. Dat ik kan loslaten. Laat maar zitten dus, dat onhoorbaar dingetje zus of hoorbaar dingetje zo.

Tussen montage en release zit een gat van een paar maanden. Een soort vacuüm waarin er niks gebeurt. We hebben twee jaar lang iedere noot gewikt en gewogen, de stukken zitten verankerd in ons systeem, maar behalve bij een paar huisconcerten hebben we ze nog niet in het openbaar gespeeld. Wat gaat het publiek ervan vinden, wat doet de pers?

Maar goed, de montage dus. Ik zet mijn koptelefoon op, en druk op play. Wat een verrassing. Ik was opgetogen zoals ik nog niet eerder opgetogen was. Ja oké, natuurlijk had ik wat te emmeren, maar ik kon oprecht genieten van mijn eigen spel. Dat laatste is vrij nieuw. Blijkbaar moest ik eerst over-the-hill zijn om het te leren.


Lees en luister ook