Muziek en Olympische Spelen

Olympische Spelen in Los Angeles, 1932

De Tsjech Josef Suk won een olympische medaille met componeren. Maar na de oorlog verdwenen de kunsten van het programma. Toch blijft de klassieke muziek – ook in Rio – alom aanwezig bij het grootste sportevenement ter wereld.

Tot de Tweede Wereldoorlog streden ook componisten om olympisch goud

josef suk 2In de klassieke oudheid vormde muziek een belangrijk onderdeel van de Olympische Spelen. Ook zangers kregen er prijzen voor de hymnes die zij aan de atleten opdroegen. En toen de Fransman Pierre de Coubertin de Griekse traditie eind negentiende eeuw weer leven inblies, wenste hij dat de nieuwe olympische beweging niet alleen een strijd van lichamen, maar ook van geesten zou worden. De kunsten hoorden er wat hem betrof ook bij. Muziek, literatuur, schilderen, beeldhouwen en architectuur stonden in 1912 in Stockholm voor het eerst op het programma. De vergeten Italiaan Ricardo Barthelemy won goud in compositie. Maar er deed zich een groot probleem voor bij deze kunstwedstrijden. Afgezien van de jurering gold – net als in de sport – dat de deelnemers amateurs moesten zijn. Het betekende dat de grote namen uit de muziek niet meededen. Voor sport was dat niet zo’n probleem, maar voor de kunsten wel. De enige componist van naam die een olympische medaille won, was de Tsjech Josef Suk, schoonzoon van Antonin Dvořák en opa van de violist Josef Suk. Hij won zilver in Los Angeles in 1932 voor zijn mars In een nieuw leven. Coubertins idee was nobel, maar het bleef kwakkelen met de kunsten op de Olympische Spelen. En dus werden ze geschrapt na de Tweede Wereldoorlog.

‘Strauss schreef zijn olympische hymne met de linkerhand’

Hoewel componisten niet meer om olympische medailles streden, bleef muziek wel een belangrijk onderdeel op de Spelen, die werden opgeluisterd met grootse ceremonies die het begin en het slot van het toernooi markeerden. Zo schreef Richard Strauss een hymne voor de Zomerspelen van 1936 in Berlijn, die door de nazi’s van Adolf Hilter schaamteloos als propaganda dienden. Zoals veel van de ‘olympische’ muziek is ook het werk van Strauss een bombastisch gedrocht: twee orkesten en een duizendkoppig koor kwamen eraan te pas. ‘Hij schreef zijn Olympische Hymne met zijn linkerhand’, zegt de Amerikaanse musicoloog Leon Botstein. ‘Het is geen goede muziek. Alles rondom die Spelen getuigde van slechte smaak en vulgariteit.’ De muziek werd dan ook maar één keer uitgevoerd, bij de opening van die Zomerspelen. Geen orkest of koor wilde er daarna nog de vingers aan branden. En dus bleef als enige opname de krakerige vertolking uit een vervlogen tijd bewaard.

In de jaren erna zou de oude muziek nog menigmaal een rol voor zich opeisen bij de ceremonies. Eens in de vier jaar kunnen klassieke werken opstaan uit hun as, als het olympische vuur wordt ontstoken. De olympische  ceremonies geven de gastheren gelegenheid hun eigen cultuur te presenteren. De muziek van de Amerikaanse componist George Gershwin kreeg de schijnwerpers op zich gericht in Los Angeles (1984) met een uitvoering van zijn Rhapsody in blue door 84 pianisten.

De filmcomponist John Williams schreef voor die Zomerspelen zijn Olympische Fanfare en Philip Glass de muziek bij het ontsteken van het vuur. Michael Torke kreeg opdracht een werk te schrijven voor de Spelen van Atlanta (1996) en de Chinees Tan Dun maakte de herkenningstune voor Beijing (2008). Maar ook de klassieke componisten bleven geliefd, vooral de Negende Symfonie van Beethoven, met Schillers ‘Ode an die freude’. Het ‘Alle Menschen werden Brüder’ is nu eenmaal de olympische slogan bij uitstek. Tijdens de ceremonie in het winterse Nagano (1998) dirigeerde Seiji Ozawa het zelfs via een satellietverbinding met koren op vijf continenten: in Beijing, Berlijn, Sydney, New York en Kaapstad. Het orkest als het machtigste muziekinstrument is onmisbaar bij een evenement dat zich profileert als het grootste op de planeet.

De Oost-Duitse Witt won het kunstschaatsen als Carmen

Sommige olympische sporten maken ook dankbaar gebruik van klassiek, omdat muziek nu eenmaal bij hun artistieke discipline hoort, zoals turnen, kunstschaatsen, dressuur en synchroonzwemmen. De Oost-Duitse kunstrijdster Katarina Witt won olympisch goud dansend als Carmen op de melodieën van Bizet. Dressuuramazone Anky van Grunsven presteerde onder meer in Beijing hetzelfde met haar paard Salinero op een nieuw werk, dat ze had laten maken door de klassieke pianist Wibi Soerjadi. En zo blijft klassieke muziek een intrinsiek onderdeel in sommige olympische sporten.
Het fenomeen van de Olympische Spelen inspireerde ook oude componisten overigens. Zo schreef de beroemde achttiende-eeuwse dichter Metastasio een operalibretto met de titel L’Olimpiade voor de componist Antonio Caldara. Het is een ingewikkeld liefdesverhaal tegen het decor van de Spelen in de Griekse oudheid. Meer dan zestig componisten zouden na Caldara het libretto nog op muziek zetten. Onder hen grote namen als Vivaldi, Pergolesi, Hasse, Cherubini, Cimarosa en Donizetti.



Aanbevolen opnamen

lka lisitsa glassBenjamin Grosvenor, Rhapsody in Bluelka chailly beethoven 9


Muziek en Tennis VKLees en luister ook