Focus Charlie Chaplin

Charlie Chaplin in Modern Times
Charlie Chaplin in Modern Times © Roy Export S.A.S.

Op 16 april 1889 kwam een van de beroemdste filmsterren ooit ter wereld: Charlie Chaplin. Naast acteur was hij ook regisseur, komiek en wat niet veel mensen weten: componist. Componist en dirigent Carl Davis vertelt wat Chaplins muziek en films zo speciaal maakt.

Charlie Chaplin in Modern Times Chaplins romantische thema uit Modern Times

Chaplin 220De van oorsprong Britse acteur en filmmaker Charlie Chaplin is wereldwijd bekend om zijn rol als Little Tramp, zijn alter ego met bolhoed. Minder bekend is, dat Chaplin ook over benijdenswaardige muzikale gaven beschikte. Hij schreef zelf de muziek voor al zijn films en niet zelden werd die muziek los van de film ook bekend. Neem bijvoorbeeld het romantische thema van de film Modern Times. In 1954 voegden Geoffrey Turner en Geoffrey Parsons een songtekst toe en gaven het nummer de naam Smile. In de uitvoering van zanger en jazzpianist Nat King Cole werd het nummer een hit.
‘Chaplin had een feilloos instinct om elke filmscène van de juiste muziek te voorzien,’ aldus dirigent Carl Davis, ‘Hij was geen professioneel getrainde musicus en hij moest zijn composities door anderen laten arrangeren. Dat zorgde ervoor dat de muziek veranderde, maar op de een of andere manier bleef Chaplins eigen geluid toch altijd aanwezig. Modern Times is hier een bijzonder goed voorbeeld van.’

‘Voor Chaplin was de piano een teken van armoede’

chaplin modern 220Als componist werd Chaplin sterk geïnspireerd door klassieke musici. In zijn autobiografie noemt hij twee grote pianisten uit de twintigste eeuw: de Roemeense Clara Haskil en de in Polen geboren Arthur Rubinstein. Beide staan bekend om hun interpretatie van het romantische repertoire. Romantiek die, gecombineerd met een vleugje dramatiek, een ideaal was dat ook in Chaplins werk sterk naar voren kwam. Ondanks zijn bewondering voor deze twee pianisten, hield Chaplin vooral van orkestrale muziek. Carl Davis: ‘Een piano alleen vond hij voor de muziek bij zijn films wat armoedig en zodra het maar enigszins realiseerbaar was, koos hij voor een uitvoering door een volledig orkest. In Modern Times werd dit bovendien nog aangevuld met een indrukwekkende batterij slagwerk.’
Modern Times heeft in de filmwereld voor veel discussie gezorgd. De grote vraag is: is het een stomme film of een geluidsfilm? Ondanks het feit dat de komedie in 1936 werd gemaakt, wat wel in het geluidstijdperk was (de film The Jazz Singer uit 1927 wordt over het algemeen beschouwd als de eerste speelfilm met geluid), kunnen we in Modern Times niet spreken van een noemenswaardige dialoog. De originele soundtrack bestaat grotendeels uit gesynchroniseerde geluidseffecten en muzikale begeleiding.

‘Hij worstelde met een dilemma: wat moet ik met mijn film doen?

Carl Davis gelooft dat Chaplins het besluit om toch afstand te nemen van de dialoog, bijna tien jaar na het succes van The Jazz Singer, moeilijk moet zijn geweest. ‘Ik denk dat het een zware beslissing is geweest voor hem. Al tijdens het werk aan zijn vorige film City Lights verscheen de eerste geluidsfilm. City Lights kwam uit in 1930, maar Chaplin begon er al in 1928 aan te werken. In deze periode was het nog niet zeker dat de geluidsbioscoop zou overleven. Het is duidelijk dat hij, toen de film af was, met een dilemma worstelde: wat moet ik doen? Mag de zwerver praten? Zullen de mensen het wel accepteren als hij praat? Uiteindelijk bleef hij zijn eigen stijl trouw en maakte hij alleen gebruik van spraak in de film wanneer hij dat echt nodig vond. Bijvoorbeeld in die geweldige scene waarin Chaplin de Nonsense Song zingt en uitvoert: in feite een echte variété-act.’

De erfenis van Charlie Chaplin is, naast zijn films, zijn tijdloze muziek. Die zorgt zelfs nu nog voor de lach en de traan waarvoor hij geschreven is. En het ontbreken van de dialoog in zijn films zorgt ervoor, dat die muziek een nog belangrijker rol speelt.


film 220Lees en luister ook