Album van de week Koorkokkerellen

Dirigent Robert Hollingworth van het Engelse koor I Fagiolini noemt Monteverdi en Monty Python zijn twee grote invloeden. Niet noodzakelijkerwijs in die volgorde. Op het nieuwe album Amuse-Bouche neemt het vocale ensemble onder meer een kijkje in de Franse keuken. Dat levert een mooi mengsel van vakmanschap en inspiratie op.

‘Oude muziek, dat was linksdraaiende yoghurt en bonen’

amuse bouche i fagioliniJa, de naam van het gezelschap, I Fagiolini, dat is wel een dingetje. Daarover bestaan, erkennen ze, de nodige misverstanden. Het zat zo. Zo’n dertig jaar geleden besloten ze als studenten van het New College Oxford een koor te vormen. Midden jaren tachtig bestond de wereld van de oude muziek – de stijl waarin zij zich wilden verdiepen – vooral uit mensen die zelfgebreide pullovers droegen en leefden op een dieet van linksdraaiende yoghurt en bonen. De goegemeente sprak spottend over ‘beany’ music. Toen het gezelschap de mogelijkheid kreeg om een concert te geven, moest er op korte termijn een naam voor het koor komen. Een van de leden suggereerde The Beans, de Bonen. Aangezien dat eerste optreden muziek van Claudio Monteverdi betrof, besloten de zangers voor de Italiaanse variant van die naam te kiezen. En dus werd het I Fagiolini. ‘Dat werkte heel goed totdat we onze eerste aanbiedingen uit Italië kregen, waar we ontdekten dat fagiolini in alle plaatselijke dialecten nog een aantal andere betekenissen heeft. Sindsdien komen we er ook niet veel meer’, grapt artistiek leider Robert Hollingworth.

Een verbinding tussen het oude en nieuwe

koop monteverdiI Fagiolini vergaarde roem met vernieuwende ondernemingen op het gebied van de oude muziek, bijvoorbeeld met The Full Monteverdi – een knipoog naar de bioscoophit – The Full Monty. Hierbij werden de treurige liefdesliederen uit Monteverdi’s vierde madrigalenboek op het toneel tot een aanraakbare geschiedenis verwerkt. Meerdere liefdesparen – ieder bestaand uit een acteur en een zanger – kwamen samen in een restaurant. De acteur maakte in dit geval telkens een einde aan de relatie, waarop de zanger via Monteverdi zijn pijn kon bezingen. En dan was er ook nog de half Nederlandse productie Tallis in Wonderland, waarbij de polyfone renaissancemuziek – vaak zo ongrijpbaar – ook gegoten werd in een begrijpelijke verhaalstructuur. ‘Puur cabaret dat een nieuw publiek wint voor de oude muziek’, schreef een enthousiast Early Music Review. Plotseling blijkt hoeveel deze oude muziek ook nog te vertellen heeft over wat moderne mensen voelen.

‘Adam en Eva, wat zouden jullie hebben gedaan voor een kalkoen?

Ook het spelplezier spat van de zang af. Voor hun nieuwe album grasduinde I Fagiolini in de Franse muzikale keuken uit de twintigste eeuw met werken van Francis Poulenc, Jean Françaix, Jean-Yves Daniel-Lesur, Darius Milhaud en Maurice Ravel. Een viergangen menu, telkens onderbroken door pianiste – en ook koorzangeres – Anna Markland met een Gnossienne van Erik Satie. Het meest opmerkelijk is misschien nog wel de bewerking die bariton Roderick Williams maakte van het langzame deel uit Ravels Pianoconcert. De Franse componist was een meesterorkestrator, dus zo’n arrangement komt altijd neer op een hachelijke onderneming, maar de stemmen vullen op een hele mooie en fascinerende wijze de orkestpartij in.

fagiolini 220Opmerkelijk is ook de Ode aan de gastronomie van Jean Françaix, een ingenieuze verknoping van stemmen, briljant en hondsmoeilijk, en daarom niet vaak uitgevoerd. ‘Ik kan niet anders dan denken dat het voorbestemd is dat een gezelschap met de naam ‘de kleine boon’ dit zingt’, schrijft Jacques Françaix, de zoon van de componist. ‘Mijn vader zou verrukt zijn geweest over dit toeval. Maar is dat het wel?’ Françaix zag grote overeenkomsten tussen de gastronomie en het componeren. De humor van I Fagiolini past bij die van Françaix, die zijn Ode aan de gastronomie begint met de zin: ‘Adam, en jij lieve Eva, die ons in het verderf stortte om een appel, wat zouden jullie hebben gedaan voor een kalkoen?’ Niets wisten ze van koken in de Hof van Eden. Pak de tekst erbij en het lachen houdt niet meer op. Het koor dient het op als voorgerecht, want de hoofddis blijft – zoals meestal in de muziek – de liefde: zeven mooie zettingen van het bijbelse ‘Hooglied’ door Daniel-Lesur met daar tegenover Poulencs verklanking van zeven gedichten over de meer duistere kanten van de liefde. Alle rijke smaken van de Franse muzikale keuken uit de twintigste eeuw worden door I Fagiolini uitgeserveerd.


Aanbevolen opnamen

lka fagiolini1612 vespersmass in 40 parts


klein sopranenLees en luister ook