Album van de week Bach als benzine

© Lev Efimov / Deutsche Grammophon

Daniel Lozakovich is één van de jongste solisten ooit die debuteerde op het muzieklabel Deutsche Grammophon. Hij is nog maar 17 jaar, maar wie hem ziet en hoort spelen, kan maar één conclusie trekken: wat is deze violist in interpretatie én presentatie volwassen. Het Zweedse wonderkind speelt op zijn eerste album werken van de componist die het meest voor hem betekent: Bach.

Tennis-prof of violist?

Daniel Lozakovich lijkt te zijn geboren voor de viool. Op zijn zevende pakte hij het instrument voor het eerst op en al op zijn negende debuteerde hij met een serieus orkest: het Moscow Virtuosi Chamber Orchestra. Wie in zo’n korte tijd het instrument zo in de vingers heeft, moet wel voorbestemd zijn voor de viool. Zeker omdat starten op 7-jarige leeftijd relatief laat is in de wereld van de klassieke talenten. Daniel had dan ook als kind veel meer met sport. Een tennis-prof worden – lekker buiten bewegen en grote prijzen winnen – dat zag hij veel meer zitten dan het minutieuze en toch wel vrij eenzame studeren op de viool. Maar gelukkig werd zijn talent opgepikt door de juiste docenten en hij koos voor een carrière in de muziek.
Ook na zijn concertdebuut in 2010 maakte Daniel razendsnelle vorderingen, met als gevolg dat de gelauwerde Eduard Wulfson zich in 2015 bij hem voegde als mentor en viooldocent. Onder de begeleiding van Wulfson, zelf als musicus en pedagoog stevig geworteld in de Russische viooltraditie, ging Daniels ontwikkeling helemaal als een komeet. Grootheden als Maxim Vengerov, Ivry Gitlis and Daniel Hope konden al snel van zijn bucketlist worden geschrapt. Iedereen wil met het jonge fenomeen spelen.

‘Bach brengt je dichter bij God’

Bach was al een vroeg een fascinatie van de jonge violist. Zijn muziek is als benzine. Deze componist kan je als geen ander laten horen wie je bent, vindt Daniel, zowel in spel als in persoon. Hij heeft op zijn debuutalbum gekozen voor zijn beide vioolconcerten en Partita Nr.2 met de beroemde Chaconne. De jonge violist praat over Bach alsof hij hem zelf heeft gekend en met een ernst alsof er geen onvertogen woord over zijn held mag vallen. ‘Bach brengt je dichter bij God,’ vindt hij.
Daniels techniek is zijn houvast. Uren studeert hij op de perfecte vingerzetting en aanzet van zijn strijkstok. Pas als alle moeilijke gedeelten vloeiend lopen, stort hij zich op zijn eigen visie en interpretatie. Want voor een topviolist is het technisch perfect spelen van een stuk niet genoeg: het is essentieel om van de noten los te komen. Daarbij helpen de opnames van zijn helden Pablo Casals en Glenn Gould, die onder meer geroemd worden vanwege hun Bach-opnames. Dat zijn inspiratiebronnen hem de juiste richting in hebben geduwd is hoorbaar op het album. In het bijzonder de Partita Nr. 2 staat als een huis. Met hart en ziel speelt Daniel het stuk dat hij ziet als één van de grootste werken uit de vioolgeschiedenis. Zijn interpretatie is uniek voor zijn leeftijd, alsof er een oude ziel in een jong lichaam zit verscholen. En het mooie is: Daniel kan nog heel lang mee en is nog lang niet uitontwikkeld. We gaan nog veel horen van dit vioolwonder uit Zweden.


Lees en luister ook