Album van de week Bruckners ideale vertaler

© Marco Borggreve / DG

Deze week stond Andris Nelsons nog in Het Concertgebouw in Amsterdam. Eerder sleepte hij twee Grammy Awards voor de beste orkestrale uitvoeringen van Shostakovich in de wacht en sinds kort stort de Let zich op Bruckner. Hij ontfermde zich al over de Derde en de Vierde Symfonie. Met de opname van de Derde won hij vorig jaar een Edison. Nu verschijnt een live-opname van de beroemde Zevende Symfonie, waarin de bescheiden dirigent zijn Gewandhausorchester Leipzig tot grote hoogte weet te stuwen.

‘Een directe lijn met God’

De 39-jarige dirigent, geboren in het Letland, komt uit een muzikaal gezin. Zijn moeder is musicus in een barokensemble en zijn vader is dirigent. Maar misschien nog wel bepalender voor zijn directiestijl is zijn katholieke opvoeding. Zijn geloof speelt een grote rol wanneer hij werk van componisten onder de loep neemt. Want Nelsons is er heilig van overtuigd dat muziekstukken zijn gekoppeld aan spiritualiteit. ‘Een directe lijn met God’, noemt de dertiger dat. Hij benadrukt dat ‘God ons het voorrecht heeft gegeven om muziek te kunnen maken en aan nieuwe generaties door te geven. De wereld wordt hierdoor gelukkiger, vriendelijker en meer begripvol.’

Expressie en persoonlijkheid

Nelsons is geen geboren dirigent. Zijn carrière begon met het spelen van trompet en piano en hij zong een tijd niet onverdienstelijk als bas-bariton in het ensemble van zijn moeder. Toch trok de baton het meest omdat hij via directie meer eigen kleur kon geven aan muziek. Hij studeerde aan het Conservatorium van Sint-Petersburg bij de Russische dirigent Alexander Titov. Titov leerde hem hoe belangrijk expressie, het gebruik van je handen en het inzetten van je persoonlijkheid is om kleur uit de noten te toveren. Vooral het laatste heeft de Let goed in zijn oren geknoopt: Nelsons’ stijl is expressief, intuïtief en gericht op het laten bloeien van musici. Contact maken met het orkest staat bij hem hoog in het vaandel.
Misschien speelde Mariss Jansons in deze manier van denken een rol. De jonge Nelsons volgde begin deze eeuw lessen bij zijn landgenoot en held. Jansons ontpopte zich al snel tot zijn mentor. Wie Nelsons lichaamstaal op de bok volgt, herkent het signatuur van de 75-jarige meester. Nelsons carrière ging als een speer met in 2015 als kroon op zijn werk, de benoeming tot chef-dirigent bij het Boston Symphony Orchestra.

Herkenbare religieuze taal

Nu is er een nieuw album van Nelsons waarop Bruckner en diens inspiratiebron Wagner zijn te horen. In Bruckner 7 kan Nelsons voluit gaan. Het is het werk waar Bruckner misschien wel het meest succes mee boekte, ook al had hij er in 1883 al een carrière van veertig jaar op zitten. Voor Nelsons spreekt Bruckner een herkenbare taal, want zijn symfonie is gelardeerd met religieuze elementen. Bruckner stopt als groot bewonderaar van Wagner ook diverse Wagneriaanse momenten in zijn symfonie, door het orkest maximaal in te zetten en door diverse thema’s door de muziek heen te vlechten. Maar Bruckner duwt zijn ego niet op de voorgrond. Hij is in zijn muzikale reis eerder geneigd om naar een bescheiden bevrijdend hoogtepunt toe te werken.
Nelsons weet dicht bij de essentie van deze denkwijze te blijven. Daarmee blijkt Nelsons een ideale vertaler van Bruckners werk. Benieuwd naar de volgende Bruckner waarover Nelsons zich ontfermt.


Aanbevolen opnamen


Lees en luister ook